België klaar om defensie te innoveren: wat het STAR-plan kan leren van Silicon Valley

Brussel, 17 september 2024 – Terwijl de grenzen tussen nationale veiligheid en technologische vooruitgang steeds meer vervagen, staat België voor een cruciale uitdaging: snel en doeltreffend inspelen op de veranderende dreigingen van de 21ste eeuw. Om dit te bereiken, zet het land in op het ambitieuze STAR-plan (Security, Technology, Ambition, Resilience). Dit defensieprogramma heeft als doel om tegen 2030 de Belgische strijdkrachten te moderniseren en hun slagkracht te vergroten.

Yannick De Smet, Regional Director bij G4S en expert op het gebied van recht en veiligheid, onderstreept dat België veel kan leren van het Amerikaanse model In-Q-Tel, een durfkapitaaltak die sinds 1999 investeert in innovatieve technologieën ter ondersteuning van de nationale veiligheid. “Het Amerikaanse succesverhaal toont aan dat samenwerking tussen overheid en de privésector cruciaal is voor het versterken van technologische vooruitgang op het gebied van defensie,” aldus De Smet.

De toekomst van de Belgische defensie: ambitie en innovatie hand in hand

Het STAR-plan is veel meer dan een klassiek moderniseringsproject. Het richt zich op het opbouwen van een veerkrachtig leger dat gewapend is tegen de uitdagingen van morgen. België wil zich daarbij niet alleen beperken tot het versterken van militaire capaciteiten, maar ook een strategische speler blijven binnen de Europese defensiestructuren en de NAVO. De technologische innovaties die worden nagestreefd, spelen hierin een sleutelrol.

“Het is van cruciaal belang dat België niet achterblijft in de internationale wedloop om de meest geavanceerde technologieën in te zetten voor nationale veiligheid. Dit betekent niet alleen investeren in kunstmatige intelligentie en cyberveiligheid, maar ook in de mensen die deze innovaties kunnen benutten,” benadrukt De Smet. Het aantrekken en behouden van talent wordt daarom een van de grootste uitdagingen voor de komende jaren.

Wat België kan leren van In-Q-Tel

De samenwerking tussen In-Q-Tel en de Amerikaanse overheid is een voorbeeld van hoe snel de kloof tussen publieke en private sector kan worden overbrugd om innovatieve oplossingen te realiseren. België kan veel voordeel halen uit dit model door nauwer samen te werken met start-ups en techbedrijven die technologieën ontwikkelen die zowel voor commerciële als militaire doeleinden kunnen worden ingezet. Deze zogenoemde ‘dual-use’-technologieën bieden niet alleen een economisch voordeel, maar kunnen ook de operationele efficiëntie van het leger verhogen.

Daarnaast wijst De Smet op de snelheid waarmee In-Q-Tel kan handelen. “De kracht van dit model ligt in de flexibiliteit en het vermogen om snel te investeren in nieuwe technologieën. Dit is iets waar België lering uit kan trekken. Het huidige besluitvormingsproces binnen defensie is vaak te traag om adequaat in te spelen op de snel veranderende dreigingen,” stelt hij.

Hoewel het STAR-plan veelbelovend is, staan er nog grote uitdagingen voor de deur. De concurrentie om technologische talenten is groot, en de privésector biedt vaak aantrekkelijkere mogelijkheden voor top-experts. Volgens De Smet moet België het werken in de defensiesector aantrekkelijker maken, door onder andere meer flexibiliteit te bieden en bureaucratie te verminderen. “Door defensie te positioneren als een sector waar innovatieve en risicovolle projecten kunnen worden uitgevoerd, kunnen we toptalent aantrekken dat op zoek is naar uitdagingen die verder gaan dan de commerciële wereld,” aldus De Smet.

Het creëren van een publiek-privaat partnerschapsmodel, vergelijkbaar met In-Q-Tel, kan niet alleen helpen bij het aantrekken van talent, maar ook bij het versnellen van innovatie. De sleutel tot succes ligt volgens De Smet in het verminderen van bureaucratie en het stimuleren van risicovolle investeringen in technologieën die op lange termijn een strategisch voordeel bieden voor de nationale veiligheid.

De kracht van internationale samenwerking

België wil met het STAR-plan ook zijn positie binnen de Europese Unie en de NAVO versterken. Internationale samenwerking blijft een belangrijk speerpunt, en het opbouwen van allianties met andere landen en technologiebedrijven is essentieel om de technologische voorsprong te behouden. “De toekomst van defensie ligt in samenwerking. Innovatie gebeurt niet in isolatie. Door samen te werken, kunnen we ervoor zorgen dat België een leidende rol speelt in de Europese defensie-innovatie,” besluit De Smet.