Patrina Bobrova (13) van basisschool Sint-Niklaas Diksmuide spreekt op haar stagedag spontaan met Charlotte Lippens: Een Stem van de IJzertoren

In Diksmuide staat een toren die veel méér vertelt dan alleen geschiedenis. Tijdens mijn stagedag ontmoet ik Charlotte Lippens, educatief medewerker en gepassioneerd verteller van deze bijzondere plek. Charlotte Lippens werkt al drie jaar in de toren, waar zij dagelijks schoolgroepen en bezoekers begeleidt door een unieke tentoonstelling verspreid over maar liefst 22 verdiepingen.
De oorsprong van verzet en hoop
De geschiedenis van de IJzertoren begint bij de Eerste Wereldoorlog. Vlaamse soldaten vochten niet alleen tegen Duitse troepen, maar streden ook voor erkenning. Lippens legt uit dat bij een groep Vlaamse frontsoldaten na de Eerste Wereldoorlog een ongenoegen bleef hangen over de manier waarop ze aan het front behandeld werden. Daarnaast wilden ze ook hun overleden makkers eren. Dit resulteerde in een eerste IJzerbedevaart. Later kocht het comité een weide in Kaaskerke waar die IJzerbedevaart voortaan kon plaatsvinden en waar de eerste IJzertoren werd gebouwd.
Verwoesting en wederopbouw
In 1946 werd de eerste toren opgeblazen. Men vermoedt dat verzetsstrijders, die het bouwwerk als een pijnlijke herinnering aan collaboratie zagen, betrokken waren bij de eerste poging om de toren te dynamiteren. De nieuwe IJzertoren, zoals we die vandaag kennen, werd in 1965 herbouwd met een duidelijke boodschap: ‘Nooit meer oorlog’. Charlotte Lippens benadrukt hoe de geschiedenis van de toren aantoont dat herinnering genuanceerd is, vol grijze gebieden en diverse perspectieven.
De monstrans: Symbool van vrede
Tijdens ons gesprek neemt Charlotte ons mee naar de zeventiende verdieping, waar een monstrans tentoongesteld staat. Dit religieuze voorwerp speelde tijdens Kerstmis 1914 een opmerkelijke rol. Een Duitse majoor overhandigde de monstrans aan Belgische soldaten aan de overkant van de IJzer. Dat betekende het begin van een kort kerstbestand waarbij de wapens werden neergelegd. Zo zie je dat de daad van een individu, hoe klein ook, een grote impact kan hebben.
Persoonlijke getuigenissen: Verhalen uit de oorlog
Charlotte Lippens vertelt dat er in het museum ook plaats is voor persoonsverhalen die je meenemen in het verhaal van de Eerste Wereldoorlog. Mietje Deboeuf of Madame Tack zijn twee voorbeelden hiervan. Dit zijn twee vrouwen die dichtbij de frontlinie woonden, bij de IJzer. Beiden weigerden te vluchten. Ze boden een troost voor de soldaten en maakten koffie voor hen klaar. De tentoonstellingen in de toren proberen ook de menselijke en kwetsbare kant van een oorlog te tonen.

Toekomstvisie: Actuele thema’s in historisch perspectief
In 2026 installeert het Museum aan de IJzer een groot kunstwerk ‘Laten we banden smeden’ van de Luikse kunstenares Bénédicte Moyersoen. Het werk bestaat uit 112.000 spanbandjes, symbool voor het aantal mensen zonder wettig verblijf in België. Verschillende Belgische burgerbewegingen weefden de bandjes tot een groot net van 700 m². Met dit initiatief wil het Museum aan de IJzer tonen dat thema’s zoals vluchten nog steeds actueel zijn en blijvend in de aandacht moeten gebracht worden.

Charlotte’s boodschap: Actief streven naar vrede
Aan het einde van mijn bezoek benadrukt Charlotte hoe belangrijk het is dat elke bezoeker de toren verlaat met het besef dat vrede actief nagestreefd kan worden. Iedereen kan als individu door een kleine daad al een groot verschil maken. Het begint al op de speelplaats, waar je ook als kind ‘nee’ kan zeggen tegen ruzie.















Epiloog: Mijn persoonlijke ervaring als stagiair
Mijn bezoek aan de IJzertoren maakt duidelijk dat geschiedenis hier geen abstract begrip is, maar levendige verhalen die ook vandaag nog relevant zijn. Dit monument confronteert bezoekers niet alleen met een verleden vol conflicten, maar inspireert hen vooral om in het heden actief bij te dragen aan een vreedzame samenleving.

Door Patrina Bobrova, Foto’s Andy Vermaut
