In zes dossiers verliet hij de vergadering niet ondanks persoonlijke belangen: Audit legt ernstige onregelmatigheden bloot in Oudenburg

23 april 2025

Een forensische audit van Audit Vlaanderen, uitgevoerd op 3 augustus 2023, bracht ernstige onregelmatigheden aan het licht in het functioneren van A.D., voormalig burgemeester van Oudenburg. De bevindingen, die een centrale rol speelden in het ministerieel besluit van 13 maart 2025 om A.D. niet te benoemen als burgemeester, wijzen op belangenvermenging, ongeoorloofde praktijken en een vertrouwensbreuk met het gemeentepersoneel. De Raad van State verwierp op 4 april 2025 de vordering van A.D. om dit besluit te schorsen, waarmee de auditresultaten opnieuw in de schijnwerpers staan.

Belangenvermenging bij vastgoeddossiers

De audit toonde aan dat A.D. actief betrokken was bij omgevingsvergunningsaanvragen voor vastgoedprojecten waarin zijn vennootschappen eigendomsrechten uitoefenden. In zes dossiers bleef hij aanwezig tijdens vergaderingen, ondanks persoonlijke belangen. In negen andere gevallen ontwikkelde hij tegenargumenten tegen negatieve adviezen van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. Deze tegenargumenten werden voorbereid in samenwerking met een persoonlijke kabinetsmedewerker, die toegang had tot A.D.’s computer en externe communicatie voerde met betrokken partijen, zoals architecten en aannemers.

A.D. nam ook deel aan voorbereidende vergaderingen over ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) die gronden betroffen waarop hij zakelijke rechten had. Hij ging in op VIP-uitnodigingen van private partners, wat de schijn van belangenvermenging versterkte. Deze praktijken creëerden een perceptie van partijdigheid, vooral omdat A.D. taken op zich nam die normaal aan de schepen van ruimtelijke ordening toekomen.

Onwettige tewerkstelling van kabinetsmedewerker

Een ander opvallend punt uit de audit was de tewerkstelling van A.D.’s kabinetsmedewerker. Deze medewerker, deeltijds in dienst bij een gedeputeerde bevoegd voor ruimtelijke ordening, werd onwettig aangesteld via een persoonlijke overeenkomst met A.D. Hij gebruikte A.D.’s computer en inloggegevens, zonder officiële mailadres of -box van de stad, en had ongeoorloofde toegang tot gevoelige overheidsdocumenten en privacygevoelige gegevens. De audit wees ook op een geval waarin de medewerker tussenkwam om een beroep tegen een omgevingsvergunning in te trekken, in ruil voor de toezegging van een ander onroerend goed.

Deze onregelmatigheden leidden tot aanzienlijke risico’s voor Oudenburg, waaronder reputatieschade, juridische procedures en ongelijke behandeling van burgers. De audit stelde vast dat de samenwerking met de algemeen directeur onder spanning kwam te staan, mede doordat de gemeentelijke omgevingsambtenaar in februari 2021 de organisatie verliet.

Impact op vertrouwen en bestuur

De audit bevatte aanbevelingen om de problemen aan te pakken, zoals het sensibiliseren van mandatarissen tegen belangenvermenging, het respecteren van openbaarheid van bestuur en het conform de regels aanwerven van kabinetsmedewerkers. Een verbetertraject onder verscherpt toezicht van de gouverneur van West-Vlaanderen, gestart na een verzoek van toenmalig minister van Binnenlands Bestuur B.S. op 8 augustus 2023, verliep echter moeizaam. De gouverneur wees op een vertrouwensbreuk tussen het managementteam, geleid door de algemeen directeur, en de politieke mandatarissen, met name A.D.

Het uitblijven van een nieuwe deontologische code voor mandatarissen, doorgeschoven naar de volgende legislatuur, onderstreepte deze breuk. De audit benadrukte dat A.D.’s handelingen de burgernabije, transparante en democratische werking van de gemeente schaadden, zoals voorgeschreven in artikel 2 van het Decreet Lokaal Bestuur. Zijn voortgezette activiteiten in de vastgoedsector, ondanks beloftes om zich terug te trekken uit ruimtelijke dossiers, hielden de schijn van partijdigheid in stand.

Rol van de audit in de niet-benoeming

De bevindingen van de audit vormden de kern van het negatieve advies van de gouverneur van West-Vlaanderen, uitgebracht op 29 januari 2025. Hij oordeelde dat A.D. niet de vereiste geschiktheid en attitude bezat om Oudenburg met moreel gezag te leiden. De Vlaamse minister sloot zich op 13 maart 2025 aan bij dit advies en baseerde het besluit om A.D. niet te benoemen grotendeels op de auditresultaten. De minister benadrukte dat een burgemeester vertrouwen en onkreukbaarheid moet uitstralen, een vereiste die door de auditbevindingen ernstig werd ondermijnd.

Tijdens de zitting van de Raad van State op 28 maart 2025 betwistte A.D. enkele punten uit de audit, zoals de registratie van zijn kabinetsmedewerker. Hij erkende echter dat hij in vier jaar tijd 122 maal vergaderingen verliet vanwege mogelijke belangenconflicten, wat de problematiek van belangenvermenging eerder bevestigde. De Raad oordeelde dat de audit voldoende concrete gegevens leverde om het ministerieel besluit te rechtvaardigen, en verwierp de schorsingsvordering.