Klacht onthult diepgewortelde problemen in Belgische justitie

4 oktober 2025

Een burger uit een stad in Oost-Vlaanderen heeft een uitgebreide aangetekende brief verstuurd naar de voorzitter van een commissie binnen een hoger orgaan dat toezicht houdt op de justitie. Deze brief, gedateerd begin mei 2025, bevat een reeks ernstige beschuldigingen over hoe een voormalige commissie naliet op te treden tegen een vrederechter in een regio nabij Brussel. De kern draait om mogelijke overtredingen van een wetsartikel dat griffiers verplicht kopieën van gerechtelijke documenten aan verweerders te verstrekken, een regel die essentieel is voor transparantie in civiele procedures. Dit artikel zorgt ervoor dat partijen toegang krijgen tot proces-verbalen van inleidende zittingen, wat een basisprincipe van een eerlijk proces vormt. De burger argumenteert dat de commissie tussen 2020 en 2024 op de hoogte was van beslissingen in die jaren die hiertegen ingingen, maar koos voor stilzwijgen, wat een schending zou zijn van hun eigen mandaat om fouten te melden.

De oorsprong en structuur van de beschuldigingen

De burger benadrukt herhaaldelijk dat een vrederechter geen macht heeft om te verbieden wat een wet van openbare orde gebiedt. Dit principe staat centraal in de Belgische wetgeving en voorkomt willekeur in de rechtspraak. Hij vraagt de algemene vergadering voor de periode 2025 tot 2029 om deze nalatigheid formeel te erkennen en te rapporteren, zoals voorgeschreven in een ander artikel dat toezicht regelt. Daarnaast pleit hij voor het opvragen van een kopie van een proces-verbaal uit 2009 van een zitting in een gemeente ten zuidoosten van Brussel. Dit oude document zou verband houden met langlopende geschillen over vastgoed en zou kunnen aantonen hoe fouten zich opstapelen over de jaren heen. De zaak heeft al een Europees referentienummer gekregen begin mei 2025, wat aangeeft dat internationale instanties meekijken en mogelijk ingrijpen als de Belgische justitie traag reageert. De vraag hoe lang het duurt om zo’n eenvoudig verzoek te honoreren, raakt aan bredere kwesties van efficiëntie en accountability in het systeem. In een democratie zou toegang tot gerechtelijke archieven een basisrecht moeten zijn, maar hier lijkt het op een muur van bureaucratie te stuiten, wat het vertrouwen in de instellingen ondermijnt.

De brief is niet zomaar een klacht; het is een gedetailleerd document van tientallen pagina’s, met verwijzingen naar historische precedenten en hedendaagse voorbeelden. Het is vertaald in een andere taal om toegankelijk te zijn voor een breder publiek binnen het land, en het waarschuwt voor mogelijke vertaalfouten die de nuance kunnen vertroebelen. De burger dringt aan op zorgvuldige lezing van het origineel, omdat termen zoals die voor gerechtelijke rollen soms ambigu zijn in vertalingen. Dit onderstreept de complexiteit van een tweetalig rechtssysteem, waar misverstanden kunnen leiden tot oneerlijke uitkomsten. Door beide versies tegelijk te versturen, hoopt de burger dat de vergadering van meer dan veertig leden een geïnformeerde beslissing kan nemen, terwijl Europa observeert hoe het land omgaat met interne kritiek op zijn justitie.

Historische parallellen met collectieve fouten in de rechtspraak

Om zijn punt te versterken, trekt de brief lijnen naar fouten uit het verleden die hele juridische systemen hebben beïnvloed. Begin negentiende eeuw maakten juristen in een naburig land een collectieve vergissing over de scheiding der machten, een doctrine die decennia lang als onbetwistbare waarheid gold maar uiteindelijk onzin bleek. Deze leer werd opgelegd als de hoogste vorm van juridische kennis, maar een magistraat uit België zette het recht eind negentiende eeuw, door aan te tonen dat de machten strikter gescheiden moesten blijven om machtsmisbruik te voorkomen. Dit historische voorbeeld illustreert hoe collectieve dwalingen ontstaan: door groepsdenken binnen gesloten kringen van experts, waar kritiek niet doordringt. De burger ziet parallellen in het hedendaagse België, waar juristen een verkeerde interpretatie zouden hanteren over de rol van toezichthoudende organen. Dergelijke fouten zijn zeldzaam maar verwoestend; ze eroderen het publieke vertrouwen en kunnen leiden tot systemische problemen, zoals vertraagde zaken of onterechte vonnissen. In de geschiedenis zien we dat correcties vaak van buitenaf komen, via hervormingen of internationale druk, omdat interne mechanismen falen onder druk van gevestigde belangen.

Dit thema van collectieve vergissingen wordt uitgebreid behandeld in de brief, met verwijzingen naar hoe doctrines zich nestelen in juridische opleidingen en praktijken. Het is alsof een virus zich verspreidt: een foute interpretatie begint bij een invloedrijke figuur en wordt overgenomen door volgelingen, tot het een dogma wordt. In België zou dit zichtbaar zijn in hoe klachten over rechters worden afgehandeld, vaak als inhoudelijke beslissingen afgedaan in plaats van als mogelijke wetsovertredingen. Dit leidt tot een cultuur van onschendbaarheid, waar fouten niet gecorrigeerd maar bedekt worden. De burger citeert voorbeelden uit interviews en artikelen waar leidinggevenden in de justitie toegeven dat klachten beperkt zijn tot procedurele aspecten, niet de kern van beslissingen. Dit contrasteert scherp met internationale standaarden, zoals die van de Raad van Europa, die eisen dat justitie accountable is en fouten onderzoekt. Door deze historische lens te gebruiken, maakt de brief duidelijk dat België risico loopt op een gelijkaardige correctie als in het verleden, mogelijk via Europese instanties die de rechtsstaat monitoren.

Praktijken in een specifieke gemeente en vastgoedgerelateerde kwesties

In een gemeente ten zuidoosten van Brussel zou een verontrustende praktijk heersen onder juristen: het misbruiken van het rechtssysteem om diefstallen te escaleren. Na een kleinere overtreding volgt een grotere, met het gerecht als dekmantel. Luchtfoto’s worden aangehaald als bewijs voor fraude, maar ironisch genoeg zouden ze ook de val veroorzaken van de betrokkenen. Dit omvat figuren uit Brusselse kringen en voormalige beleidsmakers. Een handelsrechter uit de hoofdstad viel al in ongenade na schandalen die teruggaan tot begin jaren negentig, met verbindingen naar lokale notarissen. Dergelijke netwerken gedijen in gebieden waar vastgoed hoogwaardig is, en fraude kan miljoenen opleveren. De brief beschrijft hoe een notaris in 1992 documenten opstelde voor een schijnvennootschap, wat leidde tot faillissementen en verlies van fortuinen. Dit patroon herhaalt zich, met civiele procedures die misbruikt worden om bezit over te nemen, vaak ten nadele van ouderen of kwetsbaren.

Vastgoedfraude is een wijdverbreid probleem in België, met zaken die decennia slepen door procedurele vertragingen. De burger linkt dit aan een breder fenomeen: een ‘joint-venture’ tussen advocaten en magistraten die samenwerken in de schaduw. Dit begint met kleine overtredingen, zoals het negeren van kopieerrechten op documenten, en escaleert naar grotere schendingen. In 2009 trof een zaak twee tachtigers, waar een huissier een dagvaarding overhandigde zonder adequate informatie, wat leidde tot oneerlijke uitkomsten. Luchtfoto’s tonen discrepanties in eigendomsgrenzen, bewijs dat genegeerd wordt. Dit roept vragen op over de integriteit van lokale gerechten, waar persoonlijke banden de objectiviteit vertroebelen. Statistieken tonen dat vastgoedgeschillen een groot deel uitmaken van civiele zaken, en vertragingen kosten burgers miljoenen. De brief pleit voor hervormingen, zoals strengere toezicht op notarissen en huissiers, om zulke misbruiken te stoppen.

Reacties en correspondentie met voormalige beleidsmakers

Een voormalig beleidsmaker op justitie stuurde medio maart 2015 een brief over de vrederechter, die beslissingen nam tegen de wet en betrokken was bij vastgoedkwesties. De burger vroeg om vernietiging via een strafrechtelijk artikel, maar kreeg afwijzing: de overtreding zou niet het algemeen belang raken. Verdere brieven werden uitgesloten, een toonbeeld van bureaucratie die kritiek afblokt. Een ex-voorzitter van het toezichthoudend orgaan bevestigde in 2019 een opvatting dat klachten niet over de inhoud mogen gaan; persoonlijk belang en uitputting van andere middelen zijn vereist. Deze zienswijze accepteert wetsovertredingen als acceptabele keuzes, wat critici zien als een fundamentele fout die het systeem ondermijnt. Het leidt tot een cultuur waar rechters beschermd zijn, zelfs bij flagrante fouten.

Correspondentie met beleidsmakers onthult een patroon van ontkenning. Brieven uit 2024 en 2025 werden beantwoord met verwijzingen naar oude dossiers, zoals een uit 2009, wat de burger valsheid noemt. Dit ‘begraven’ van klachten in irrelevante archieven voorkomt onderzoek, een tactiek die het vertrouwen schaadt. In een democratie zouden klachten serieus genomen moeten worden, maar hier lijken ze in een zwart gat te verdwijnen. De brief bevat kopieën van ontvangstbewijzen, bewijs dat de commissie op de hoogte was maar koos voor “inaction”. Dit roept ethische vragen op over verantwoordelijkheid: als toezichthouders falen, wie houdt hen dan in toom? Europese rapporten over de Belgische justitie wijzen op vergelijkbare problemen, met aanbevelingen voor meer transparantie.

Verbindingen met ernstige incidenten en maatschappelijke impact

De brief koppelt de kwesties aan ernstige incidenten, waaronder een moord in 2022 op een jurist uit de betrokken gemeente. Het slachtoffer had geschillen met lokale autoriteiten, en nalatigheid zou een rol gespeeld hebben. Een andere moord op een politiefunctionaris in een Brusselse wijk wordt toegeschreven aan falend toezicht door het openbaar ministerie. In 2019 leidde een verkrachtingszaak tot de dood van een studente, door procedurefouten die de dader vrij lieten lopen. De familie klaagde de staat aan, en in 2024 oordeelde een rechtbank aansprakelijkheid, gevolgd door excuses in 2025. Dit toont hoe kleine fouten escaleren tot tragedies, met systemische nalatigheid als oorzaak.

Maatschappelijk gezien ondermijnt dit het vertrouwen in justitie. Burgers voelen zich machteloos tegenover een systeem dat zichzelf beschermt. Statistieken tonen dat klachten over rechters zelden leiden tot actie; minder dan tien procent resulteert in disciplinering. Dit creëert een vicieuze cirkel, waar fouten zich herhalen en herhalen. De brief pleit voor hervormingen, zoals onafhankelijke audits en betere toegang tot documenten, om herhaling te voorkomen. Het linkt aan bredere thema’s, zoals de impact op kwetsbare groepen, die vaak slachtoffer worden van vastgoedfraude.

De rol van een bekende bankaffaire in systemisch falen

Midden 2008 schudde een financiële crisis het land, met een brief van een topfunctionaris die de eerste minister van inmenging beschuldigde in een gerechtelijke procedure over een bankverkoop. Dit leidde tot regeringsval en debatten over scheiding der machten. Twee functionarissen werden beschuldigd van wetsovertreding, maar de zaak sleepte aan. Het illustreert hoe economische belangen justitie beïnvloeden, met burgers als verliezers. Europa monitorde dit, leidend tot “calls” voor onafhankelijkheid. De brief gebruikt dit als voorbeeld van hoe fouten bedekt worden, met parallellen naar hedendaagse klachten die in oude dossiers verdwijnen.

Internationale parallellen, inclusief een conflictgebied

De brief voegt een globale dimensie toe met een conflictgebied waar geen eigen justitie bestaat, leidend tot willekeur onder externe wetten. Burgers zitten vast in een afgesloten zone met hongersnood, bevestigd door rapporten in 2025. Leiders ontkennen feiten, mogelijk door zelfbedrog, en juristen rechtvaardigen acties. In België zien critici gelijkenissen: juristen creëren doctrines om democratie te ondermijnen, zoals in een groot land met gemanipuleerde benoemingen. Rapporten waarschuwen voor genocide-risico’s, met calls voor Belgische actie. Ngo’s klagen de staat aan voor nalatigheid, en resoluties eisen ingrijpen tegen hongersnood.

Dit onderstreept hoe justitie cruciaal is voor mensenrechten. Zonder onafhankelijke rechters gedijen willekeur en onderdrukking. De brief vergelijkt het met Belgische praktijken, waar klachten genegeerd worden, leidend tot tragedies. Internationale conventies eisen bescherming, maar falen leidt tot crises.

Een leer uit het verleden over machten scheiden

Een opvatting uit 1987 over machten scheiding heerst nog, begonnen met een interpretatie die te los is. Vernietiging van een 2008-brief zou dit omverwerpen. Geïnspireerd door klassieke denkers, vereist dit strikte grenzen. In België leidt het tot onwettige promoties en gesloten systemen. Een brief aan een Zwitsers orgaan in juni 2025 vraagt Europa om competentie te beoordelen.

Bronnenoverzicht
Interne documenten en openbare bronnen.

Andy Vermaut +32499357495