Vrijspraak en nieuwe inzichten voor artistiek ontwerper en bouwexpert

8 februari 2025

Op 16 december 2024 om 10.00 uur in Brugge kwam er duidelijkheid in een zaak die al langer leefde in de bouwsector. Een artistiek ontwerper en bouwexpert werd tijdens een zitting vrijgesproken van strafrechtelijke vervolging, waarna geen verdere stappen volgden. Die beslissing leidde tot uiteenlopende reacties. Sommige betrokkenen gaven aan dat nieuw bewijsmateriaal vragen oproept over de reeds gesloten tuchtprocedures. Toch heeft de relevante instantie laten weten dat haar eerdere oordelen definitief zijn en niet opnieuw worden geopend.

Achtergrond van de procedure

De zaak draait rond verschillende bouwprojecten waar de betrokken expert de rol van coördinator en vormgever op zich nam. Er speelden conflicten over de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van meerdere partijen. Een beroepsinstantie onderzocht of er sprake was van schendingen van deontologische regels, terwijl tegelijkertijd strafrechtelijke stappen werden overwogen. Hoewel de expert bleef aandringen op een nieuw onderzoek, besloot de instantie dat de bestaande uitspraken niet opnieuw beoordeeld zouden worden. De autoriteit kan alleen oordelen over deontologische aspecten en niet over burgerlijke of strafrechtelijke kwesties.

Technische vraagstukken en aansprakelijkheid

In verslagen duiken verwijzingen op naar projecten in verschillende steden, waar de kwaliteit van de bouwwerken ter discussie stond. Zo zou op één locatie sprake zijn geweest van instortingsgevaar tijdens de constructie, met ernstige risico’s voor de arbeiders. Ook is er sprake van misverstanden over de manier waarop tekeningen en stabiliteitsplannen tot stand kwamen. Volgens de ontwerper en bouwexpert voldeden sommige aanpassingen niet aan de professionele standaarden die doorgaans gelden. Tegelijkertijd vindt de verantwoordelijke instantie dat niet alle bezwaren binnen het deontologische terrein vallen. Wie schade of fraude vermoedt, kan verder gaan met civiele of strafrechtelijke procedures.

De scheidslijn tussen deontologie en strafrecht

Bepaalde dossiers kwamen op tafel bij verschillende rechtbanken en onderzoeksrechters. De beroepsinstantie verduidelijkt dat haar takenpakket strikt begrensd is door regelgeving. De kern ligt bij het bewaken van de waardigheid en integriteit van het vak. Zodra de zaak verder reikt dan puur ethische regels, richt het onderzoek zich op civiele aansprakelijkheid of strafrechtelijke vervolging. Nu blijkt dat de expert niet langer verdacht wordt, is voor dit aspect van de zaak het juridisch traject afgesloten. Daar staat tegenover dat gedupeerden kunnen kiezen voor een aparte rechtsgang om vermeende schade te verhalen.

Nieuwe aanwijzingen

Recent kwamen nog diverse stukken aan het licht, waarin wordt beweerd dat bepaalde bouwplannen doelbewust werden bijgesteld zonder medeweten van de partijen die de opdracht gaven. De expert heeft aangekondigd dat hij deze bevindingen wil overhandigen aan andere instanties. Daarmee blijft de bouwsector alert voor fouten die grote gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid en de financiële positie van opdrachtgevers. Het is niet uitgesloten dat er in de toekomst opnieuw aandacht komt voor de zaak, mocht uit aanvullend onderzoek blijken dat er juridisch gezien nog grond is voor vervolgstappen.

De vrijspraak lijkt een streep onder het dossier te zetten, maar in de bouwwereld heerst nog altijd de vraag of nieuwe gegevens tot een heropening van zaken kunnen leiden. De beroepsinstantie legt uit dat de tuchtbeslissingen definitief zijn, maar dat geen enkele belanghebbende wordt tegengehouden om de rechtbank te benaderen als er sterke argumenten zijn. Ondertussen blijft de sector zich bezighouden met het thema kwaliteitscontrole, vooral wanneer een instorting of slecht uitgevoerde bouwtechniek aan het licht komt.